Troponine I is in de huisartsenpraktijk een lastige parameter voor het aantonen van een myocardinfarct, omdat niet goed gebruik kan worden gemaakt van de typische ‘rise and fall’ biochemie van troponine binnen de eerste uren na een myocardinfarct. Voor uitsluiten van een mycoardinfarct is troponine wel goed bruikbaar. Klachten passend bij een myocardinfarct dienen hiervoor gedurende tenminste 3 uur aanwezig te zijn voordat troponine voldoende gestegen is in het bloed om resultaten toe te kunnen passen bij het uitsluiten van een myocardinfarct.
Wat betreft de aanvraag zal er voor u niets veranderen. Een troponine I zal vrijwel altijd een spoed indicatie hebben. Hiervoor dient u een cito aanvraag te plaatsen zoals voorheen. Echter wat betreft de rapportage treden er wel wijzingen op. Wij zullen uitslagen rapporteren vanaf 6 januari 2020 voorzien van interpretatie.
De volgende interpretaties (bron: Richtlijn European Society of Cardiology, 2015) zijn van toepassing (zie ook stroomschema in de bijlage) en worden meegestuurd met het verkregen resultaat.
Volgens de laatste wetenschappelijke inzichten heeft het geen meerwaarde om zowel amylase als lipase te bepalen bij het onderzoek naar leveraandoeningen (m.n. pancreatitis). Lipase is van beide enzymen de beste test wat betreft sensitiviteit en specificiteit. Een combinatie bepaling verhoogt beide niet verder. In het kader van zinnige en zuinige zorg zal Saltro vanaf 2020 geen amylase meer aanbieden. Mocht u dit toch nog per abuis aanvragen, dan zetten we de aanvraag automatisch om naar lipase.
De verschillende fracties (percentage albumine, alpha-1, alpha-2, beta en gamma-globuline) van de eiwit elektroforese in het kader van de M-proteïne diagnostiek zullen we vanaf 2020 niet meer rapporteren. Deze fracties zijn namelijk niet van toegevoegde waarde voor de klinische vraagstelling en eventuele diagnostische criteria. Uiteraard worden de aan- of afwezigheid van een M-proteïne en de kwantificatie hiervan wel gerapporteerd.